Als je jezelf belachelijk wilt maken, moet je dat doen. We leven op dit moment is een wereld waar alles volgens blauwdrukken verloop en waar een toekomst die op idealen gebaseerd is, afgedaan wordt als dagdromerij. Toch zijn er mensen die daar anders over denken en dat ook nog heel mooi op papier kunnen zetten.
Hieronder een citaat uit het laatste stuk van een essay van Rutger Bregman uit de Groene Amsterdammer nr 20, een zeer lezenswaardig stuk.
Van de vele zaken die hij aankaart is dit deel over werk zeker de moeite waard.
………..Maar wat is er werkelijk gebeurd in de afgelopen dertig jaar? In het hele Westen zijn mensen harder gaan werken. We besteden minder tijd aan hobby’s, vrienden en familie. Het aantal burn-outs stijgt in rap tempo. Op papier hebben Nederlanders misschien een korte werkweek, maar dankzij overwerk hebben we het alleen maar drukker gekregen (aldus het Sociaal en Cultureel Planbureau). Al dertig jaar zetten we onze welvaart om in meer consumptie, in plaats van meer vrije tijd.
En dat terwijl er zo veel is te zeggen voor een kortere werkweek. Toen Engeland in 1974 twee maanden overging op de driedaagse werkweek nam de industriële productie slechts zes procent af. Toen Frankrijk tussen 2000 en 2008 de 35-urige werkweek had (onder het devies: ‘Werk minder, leef meer’), zei de overgrote meerderheid dat hun leven zo beter in balans was. Toen de Amerikaanse staat Utah tussen 2008 en 2009 de vierdaagse werkweek kende, zei driekwart gelukkiger te zijn, nam het ziekteverzuim af en werden er forse besparingen gerealiseerd op brandstof. En het mooiste was: Utah werd in één klap nationaal kampioen vrijwilligerswerk.
Zo wereldvreemd is de utopie van minder werken dan ook niet. Uit allerlei peilingen (Synovate, nationalevacaturebank.nl, Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden) blijkt dat Nederlanders naar een kortere werkweek verlangen. Daar willen ze ook best wat koopkracht voor inleveren, als ze hun baanzekerheid maar behouden. Als we onbetaald werk meetelden in het bbp, zou het nu al een derde uitmaken van alles wat we produceren.
Een werkweek van ongeveer 25 uur per week is een mooi streven. Niet in één klap, als een blauwdruk die door een tijdspolitie wordt doorgevoerd, maar stapje voor stapje. Wetenschappers, politici en burgers zullen samen moeten werken én denken om alle valkuilen – want die zijn er – te ontwijken. Een armoedeval voor laagbetaalden en werklozen zou wellicht kunnen worden voorkomen met een basisinkomen voor iedereen. Werken kan aantrekkelijk blijven door de belasting op arbeid radicaal te verlagen, en die op consumptie te verhogen.
Minder werken zou een oplossing kunnen zijn voor vele problemen: stress, overconsumptie, werkloosheid en ongelijkheid. De emancipatie van vrouwen en ouderen wordt ermee voltooid. Vrouwen kunnen immers evenveel gaan werken als mannen, en ouderen kunnen zo lang doorgaan als ze willen. Een pensioenleeftijd van zo’n tachtig jaar zou met de 25-urige werkweek en de stijgende levensverwachting geen probleem moeten zijn.
Dit is toch een mooi doel om na te streven?